De rouw van groei: wat je achterlaat als je dichter bij jezelf komt

“Je bent goed bezig hè, met die opleiding.”
“Wat een mooie stap, helemaal in lijn met wie je bent!”
“Wat fijn dat je zoveel over jezelf leert.”

Het klopt allemaal. En toch voelde ik me leeg. Verdrietig zelfs. Alsof ik een stuk van mezelf aan het kwijtraken was. En dat klopte óók.

Persoonlijke groei is niet altijd feestje met ballonnen.

Het is eerder een reis door onbekend terrein, waarbij je onderweg stukken van jezelf moet achterlaten. Niet omdat ze fout waren. Maar omdat ze niet meer passen.
Je oude tempo. De rol die je altijd speelde. De energie waarmee je het vroeger “gewoon volhield.”
Het zijn kostbare dingen. En je neemt er afscheid van zoals je ook een goede collega of een vertrouwd huis loslaat: met weemoed, soms zelfs met rouw.

Tijdens mijn opleiding in systemisch werk kwamen er veel lagen omhoog.

Lagen van overtuigingen, beschermingsmechanismen, oude familiedynamieken.
Laag voor laag ontdekte ik: dit ben ik wel, en dit niet meer.
Dat bracht helderheid – maar ook verlies.
Want wie ben je zonder die lagen?
Wat hou je over als je jezelf niet meer aanstuurt op wilskracht, maar op waarheid?

Het is een rouw die weinig woorden kent.

Want hoe leg je uit dat je rouwt, terwijl je zogenaamd vooruitgaat?
Dat je moe bent, niet van drukte, maar van binnenwerk?
Dat je de wereld ineens anders ziet – en dat dat best eenzaam kan voelen?

Dit is de rouw van innerlijke verandering.

En net als bij zichtbare rouw, hebben we ook hier aandacht nodig. Tijd. Mildheid.
Als werkgevers. Als collega’s. Maar vooral: als mensen.
Want ook binnen organisaties gebeurt dit.
Mensen die zich openstellen voor coaching of leiderschap.
Die aan de slag gaan met patronen.
Die hun masker afzetten.
Dat is geen lineair leerproces.
Het is een transformatie. En bij elke transformatie hoort iets dat sterft.

Praktisch beginpunt voor ontwikkelingstrajecten

  • Sluit een traject of opleiding niet alleen af met “wat heb je geleerd?”, maar ook met: “Wat heb je moeten loslaten?”
  • Laat ruimte voor integratie. Soms komt het inzicht pas ná het traject, in de stilte.
  • Bespreek vooraf met deelnemers dat groei ook andere gevoelens kan oproepen. Dat normaliseren is een vorm van zorg.
  • Houd contact met elkaar over wat de persoon nodig heeft om deze verandering door te kunnen gaan.

Ik werk met spekkoek en noaberschap, en dat is geen gimmick.

Want het zijn juist die diepe, soms bitterzoete lagen die maken dat we onszelf echt leren kennen. Ontwikkeling is niet alleen een sprong vooruit. Het is ook durven stilstaan bij wat je onderweg verliest.

Wil je ruimte maken voor dit soort processen binnen jouw team of organisatie?

Ik begeleid mensen en organisaties die niet bang zijn voor de gelaagdheid van verandering. Die juist durven zakken voordat ze weer vol energie verder kunnen gaan. Dat kan gaan om het sparren met directie of HR, het begeleiden van processen als ook coachen van een individu.

Neem contact op met me via deze pagina.

0 antwoorden

Plaats een Reactie

Meepraten?
Draag gerust bij!

Geef een reactie